Hoe mogen we je helpen?

Het behandelen van waterschades is lastig.

Het behandelen van waterschades is lastig. Als de oorzaak van de schade al niet lastig te bepalen is, dan de omvang van de schade wel. En dan zit je nog met de verschillende soorten waterschades. In dit artikel schetst Simon Kadijk de problemen en de achtergronden.


Behandelen van lastige waterschade is ambacht. Op de site www.allesoververzekeren.nl van het Verbond van Verzekeraars wordt waterschade een van de veertien ‘life events’ genoemd, naast bijvoorbeeld arbeidsongeschiktheid en vakantie. Waterschade is een lastig thema. Allereerst omdat er verschillende soorten waterschades zijn. Ten tweede omdat verzekeraars verschillende dekkingen bieden voor waterschades. In de derde plaats is zulke schade niet altijd het gevolg van een plotseling en onvoorzien voorval. Ten vierde kun je juist bij waterschade discussies krijgen over grenzen en definities. Wat behoort bijvoorbeeld tot het dak? Is er sprake van slecht onderhoud? Moet er aftrek nieuw-voor-oud plaatsvinden?

 

Soorten waterschades
Er zijn verschillende soorten waterschades en die worden allemaal apart beschreven in de polis. Zie bijvoorbeeld de NBUG 2006 (eerste kader). Dit onderscheid of deze opsomming is nodig omdat de meeste verzekeraars niet alle waterschades willen dekken. Een emmer water die omver gelopen wordt, is bijvoorbeeld niet gedekt. Nou zal dat niet het grootste probleem zijn. Het grootste probleem is overstroming. Grote delen van Nederland liggen beschermd achter dijken. De schadelast door overstroming of bezwijken van dijken kan door één gebeurtenis in de miljoenen lopen en is daarom niet verzekerbaar; althans niet in Nederland. (Dit artikel is geschreven medio 2012. Sinds die tijd is er wel enige vorm van dekking voor sommige dijken, maar dat valt verder buiten dit artikel).

 

Wet- en polisteksten
Artikel 7:925 BW (zie tweede kader) geeft aan wat een verzekering is. De basis is dat er van te voren ‘geen zekerheid bestaat’. Op de site van het Verbond wordt het onvoorzien- vereiste uitgelegd. Sommige verzekeraars bepalen daarom bij waterschades dat het moet gaan om een plotseling en onvoorzien voorval. Ik benadruk altijd dat onvoorzien duidt op objectief onvoorzien en niet op subjectief onvoorzien. Het Verbond noemt het voorbeeld van bladeren in de dakgoot. Het gaat er niet om of verzekerde zelf voorzag dat de dakgoot zou overlopen. Het gaat erom, dat het in het algemeen en dus objectief voorzienbaar is, dat bladeren de afvoer verstoppen en dat er dan vroeg of laat overstroming optreedt. Bij waterschades heeft de discussie over ‘onvoorzien’ raakvlakken met zowel eigen schuld als eigen gebrek (artikelen 7:951 en 952 BW; zie tweede kader). Ik wijs erop dat onder het Wetboek van Koophandel eigen schuld was uitgesloten. Daarnaast had dit Wetboek een speciale bepaling voor merkelijke schuld. Thans is alleen roekeloosheid en opzet uitgesloten.

 

Hoe onvoorzien?
Maar waar ligt de grens? Wanneer kun je een verzekerde betichten van roekeloosheid? Bij waterschades speelt daarbij een rol dat er niet altijd sprake is van een plotseling onvoorzien voorval, maar van een langzaam proces. Je merkt niet direct dat er sprake is van lekkage. Denk aan kitranden langs een ligbad die poreus worden. Verzekeraars hebben daarom vooral bij waterschades de criteria van de wet verduidelijkt. In sommige gevallen moet er sprake zijn van een onvoorzien voorval. In andere gevallen van een plotseling en onvoorzien voorval. Zo bepalen de Nederlandse Beursvoorwaarden voor Uitgebreide Gevaren (NBUG 2006) in artikel 2.1 in het algemeen, dat schade
aan gevaarsobjecten gedekt is, ongeacht of er sprake is van schade door eigen aard of eigen gebrek, voor zover de oorzaak een direct gevolg is van een verzekerd gevaar. Artikel 2.2.8 regelt specifiek de waterschade (zie tweede kader). Let op het verschil tussen hagel en sneeuw enerzijds en regen- en smeltwater anderzijds. Voor regenwater geldt een aanvullende eis: het water moet onvoorzien het gebouw zijn binnengekomen. Er is ook bepaald dat reparatie van daken, dakgoten en regenwaterafvoerpijpen niet is gedekt. Dat laatste is logisch, want het dak zelf is niet beschadigd door het water. Het ‘gat’ in het dak is juist de oorzaak van de schade. Ik leg meestal uit: waterschade is schade waarbij zaken nat zijn geworden die droog hoorden te blijven en die na het drogen minder waard zijn. Een dak mag best nat worden. Het ‘gat’ in het dak is dus geen gevolg en zeker geen direct gevolg van waterschade. De vraag kan zijn waar het dak begint en waar het ophoudt.

Daarmee ben je er nog niet. De vraag kan zijn waar het dak begint en waar het ophoudt. Dit speelt vooral bij platte daken. Het (systeem)plafond behoort niet tot het dak. Maar in de praktijk kun je best discussie hebben over waar een dak begint en waar het ophoudt. Een bijkomend probleem is dat aan de offerte of de nota van de reparateur niet altijd direct te zien is in hoeverre de kosten betrekking hebben op het dak, dan wel op het plafond.

 

Is verstopping een plotseling defect?

 

Water uit installaties
Water dat (over)stroomt uit leidingen en toestellen is ook gedekt. Merkwaardig is daar de omschrijving van de NBUG aangaande het plotseling optredende defect. Dit kan de nodige discussie opleveren. Wanneer is er sprake van een plotseling optredend defect? Een verwarming die doorroest? Dat doorroesten gebeurt langzaam, maar de schade ontstaat plotseling op het moment dat het water uitstroomt. Wanneer ‘een ander plotseling defect’ direct volgt op ‘verstopping’, kan er ook discussie optreden. Is verstopping een defect van een leiding of een installatie? Een tennisbal kan een hemelwaterafvoer plotseling verstoppen, maar kan een leiding of een installatie plotseling verstopt raken en noemen we dat een defect? En wanneer is er bij verstopping sprake van roekeloosheid als verzekerde merkt dat zijn bad steeds langzamer leegloopt maar niets doet? Daarom vind ik het behandelen van een waterschade een ambacht. Je moet goed aanvoelen wat de verzekeraar bedoelde te dekken.

 

1e kader

Nederlandse Beursvoorwaarden voor Uitgebreide
Gevaren (NBUG 2006)

2.2.8 Water, stoom, neerslag, blusmiddel
2.2.8.1: Water, stoom of blusmiddel gestroomd of overgelopen uit binnen of buiten het gebouw gelegen leidingen of daarop aangesloten toestellen respectievelijk installaties van waterleiding, centrale verwarming en sprinklers e.d. als gevolg van het springen door vorst, breuk, verstopping of een ander plotseling optredend defect.
Tevens worden vergoed de kosten van:
- het opsporen van de breuk of defect aan de leiding en het daarmee verband houdende herstelwerk aan muren, vloeren en andere onderdelen van het gebouw;
- het herstel van de beschadigde leidingen, installaties en toestellen bij springen door vorst;
althans voor zover deze kosten voor rekening van verzekerde komen en die kosten niet op een andere polis gedekt zijn of gedekt zouden zijn als de dekking die dit artikel verleent niet zou bestaan.
2.2.8.2: Regen of smeltwater onvoorzien het gebouw binnengekomen, mits niet binnengekomen door openstaande ramen, deuren of luiken. Niet gedekt zijn de reparatiekosten van daken, dakgoten en regenwaterafvoerpijpen.
2.2.8.3: Hagel of sneeuw, mits niet binnengekomen door openstaande ramen, deuren of luiken.
2.2.8.4: Water en de overige inhoud van aquaria door breuk of defect daarvan. Ook worden de kosten van herstel van de aquaria en de inrichting daarvan vergoed.
2.2.8.5: Schade door vochtdoorlating van muren, constructiefouten of slecht onderhoud van het gebouw is uitgesloten.

 

 

2e kader

Burgerlijk Wetboek Boek 7

Artikel 925 Verzekering is een overeenkomst waarbij de ene partij, de verzekeraar, zich tegen het genot van premie jegens haar wederpartij, de verzekeringnemer, verbindt tot het doen van een of meer uitkeringen, en bij het sluiten der overeenkomst voor partijen geen zekerheid bestaat, dat, wanneer of tot welk bedrag enige uitkering moet worden gedaan, of ook hoe lang de overeengekomen premiebetaling zal duren. Zij is hetzij schadeverzekering, hetzij sommenverzekering.
Persoonsverzekering is de verzekering welke het leven of de gezondheid van een mens betreft.

Artikel 951
De verzekeraar vergoedt geen schade aan een verzekerde zaak indien die is veroorzaakt door de aard of een gebrek van die zaak.

Artikel 952
De verzekeraar vergoedt geen schade aan de verzekerde die de schade met opzet of door roekeloosheid heeft veroorzaakt.

3e kader

Onvoorzien­vereiste

Wat bedoelt de verzekeraar met onvoorzien-vereiste?
Hiermee bedoelt de verzekeraar dat hij de op de polis gedekte schade uitkeert wanneer sprake is van een onvoorziene omstandigheid. Stel, dat de dakgoot van je huis vol met bladeren zit, waardoor het regenwater je huis binnenstroomt. Dan is er geen sprake van een onvoorziene omstandigheid. Datzelfde geldt wanneer je de ramen open laat staan tijdens zware neerslag. Het is dan te voorzien dat er water naar binnen zal lopen. Ook slecht onderhoud is een reden voor een verzekeraar om de schade niet te vergoeden.

 


Bovenstaand nieuwsbericht is gepubliceerd op 13-06-2023. Dit bericht is met veel zorg en aandacht samengesteld. Desondanks kunnen wij niet volledig instaan voor de correctheid, volledigheid of actualiteit van de informatie.
Maak een afspraak met ons om de meest recente informatie te ontvangen.